
Kruimelpad
Turelure - Hangt ie er nog?
Je raam geeft je een blik op de wereld. Hoe vaak kijk jij bewust naar het tafereel dat zich voor je neus afspeelt? In de rubriek ‘Turelure’ dagen we mensen uit om even op adem te komen en gewoon uit hun raam te turen.

Ik woon in een van de meest multiculturele buurten van Antwerpen. Een mastodont van een boom staat op het grasveld tegenover mijn huis. Daarachter een appartementsgebouw van zeven hoog. Ik schat dat hun inkom zo’n vijftig meter van mijn voordeur verwijderd is. Een brede straat en een grasveldje liggen tussen ons als een grote sprei. Veel last heb ik niet van het gebouw, intussen weet ik dat het zelfs een luxe is om geen huizenrij aan de overkant te hebben. Er stroomt meer daglicht dit huis binnen dan in een doorsneestraat.
Toen ik zo’n zestien jaar geleden hier mijn intrek nam, deed dat appartementsgebouw mij nochtans twijfelen. Met de jaren vielen de vooroordelen langzaam maar zeker weg. Het wasgoed van de bewoners hangt keurig op het balkon, de man met de tulband die geregeld op zijn terras staat, zwaait vriendelijk als ik de ramen lap en de lichten die branden achter die vele vensters hebben intussen iets vertrouwds.
Soms valt mijn oog op een te wit licht tegenover al de warmgele tinten die de avond verlichten. Dan kan ik er niet bij waarom je in hemelsnaam niet voor de warme versie kiest. Heel soms bij het nachtelijk dwalen merk ik dat lampen op de raarste uren branden. Of realiseer ik me dat bepaalde gordijnen nooit opengaan. Vaak vraag ik me af welke mensen en verhalen er achter al die ramen schuilgaan. Ik zou er vast een boek over kunnen schrijven …

De mastodont heeft alweer een winter doorstaan en heeft zijn lenteplunje aangetrokken. Zij kijken erop uit. Ik kijk erop uit. Hij staat er nog een klein beetje takkig en knokerig bij, met prematuur gebladerte dat popelt om verder te ontknoppen. Maar er is een constante die jaar in jaar uit wapperend troost biedt. Het is een stukje wit plastic – intussen verduurd tot een lint - dat vaste intrek heeft genomen in een van de hoogste takken. Als een soort witte vlag die torenhoog over de buurt waakt. Alleen voor wie goed kijkt …
Soms komen er andere zakjes even mee (z)waaien. Maar enkel dat dapper stukje geeft zich niet gewonnen. Ik kan er niets aan doen: zodra de bladeren vallen, gaan mijn ogen er weer naar op zoek. Hangt ie er nog? Onze witte vlag. De boom die zich overgeeft voor zijn buurt.
Het is mei en de bladeren komen nu gauw in groten getale. Voor ik ’t weet, camoufleert een natuurlijk bladergordijn de appartementenwereld. Als ik straks in de zomer uit mijn raam in de woonkamer kijk, zie ik alleen maar groen. Dan vergeet ik het gebouw zelfs even.
Af en toe ga ik dan stiekem aan een uithoek van het raam staan, om een glimp op te vangen. De lichtjes zijn er nog. De mensen wonen er nog. En dat is goed.
En als ooit dat wapperend lintje weg zal zijn bij het vallen van de bladeren, dan is dat ook goed. Want ik weet wel dat het beter is als er geen plastic ronddwaalt.
Maar als het dan toch zo is, hoop ik dat ze overal ter wereld in de bomen vliegen en daar witte vlagjes vormen.
Geïnspireerd om ook eens naar buiten te turen? Om wat je uit je raam ziet en daarbij denkt met anderen te delen? Kruip in je pen en stuur het resultaat naar leef@cm.be. Wie weet maakt onze illustrator binnenkort van jouw 'Turelure' een illustratie.